Inzichten uit het onderzoek

Waar lopen niet-Nederlandse EU-ondernemers die in Nederland een onderneming willen starten tegen aan?

  • Niet-Nederlandse EU-ondernemers ervaren veel uitdagingen als het gaat om het vinden van de juiste informatie die voor relevant is voor hun specifieke situatie.
  • Niet-Nederlandse EU-ondernemers ervaren de nodige problemen als het gaat om begrijpen van informatie.
  • Niet-Nederlandse EU-ondernemers vinden het lastig om (online) procedures te doorlopen.

Niet-Nederlandse EU-ondernemers ervaren veel verschillende problemen als het gaat om het vinden van de juiste informatie die voor relevant is voor hun specifieke situatie

EU-ondernemers vinden het lastig om een persoonlijk overzicht te vinden van wat zij in hun situatie moeten regelen en bij welke organisatie zij moeten zijn om dat te regelen. Daarnaast vinden ze het moeilijk om een overzicht te vinden van alle financiële mogelijkheden zoals subsidies die zij kunnen aanvragen voor hun onderneming.

Niet-Nederlandse EU-ondernemers ervaren de nodige problemen als het gaat om begrijpen van informatie

Dat ligt deels aan het feit dat nog veel informatie wordt gegeven in het Nederlands. Maar ook deels aan het feit dat de informatie die wordt gegeven vaak onbekende terminologie bevat. De ondernemers hebben problemen met het begrijpen van algemene overheidsinformatie zoals verplichtingen, regels en wetten. Daarnaast ervaren niet-Nederlandse EU-ondernemers problemen met het begrijpen van de Nederlandse belastingstelsel, het begrijpen van de Nederlandse markt en het begrijpen van de consequenties van het kiezen van een bepaalde rechtsvorm.

Niet-Nederlandse EU-ondernemers vinden het lastig om (online) procedures te doorlopen

Sommige van de procedures die EU-ondernemers moeten doorlopen worden vaak alleen in het Nederlands aangeboden. Bovendien moeten EU-ondernemers voor sommige procedures een aantal extra stappen doorlopen of zijn sommige stappen afhankelijk van andere stappen. Dat zorgt ervoor dat de EU-ondernemers niet op een efficiënte manier de procedures kunnen doorlopen.

Verkenning ‘Erkenning van beroepskwalificaties’

Aanleiding

Uit eerder onderzoek naar het starten van een bedrijf in Nederland bleek dat niet-Nederlandstalige ondernemers het moeilijk vinden om informatie over de erkenning van beroepskwalificaties en diplomawaardering te vinden. Ook vinden zij het vaak lastig om de bestaande (online) procedures te doorlopen. Dit aanvullende onderzoek richt zich op de ervaringen van deze ondernemers met het aanvragen van erkenning van hun beroepskwalificaties. We willen weten wat er goed gaat en wat de belangrijkste problemen zijn.

Onderzoeksmethoden

Voor dit klantreisonderzoek zijn vijf niet-Nederlandstalige ondernemers geïnterviewd. Daarnaast zijn er ook professionals van overheidsinstanties geïnterviewd, zoals het CIBG, Nuffic, S-BB en DUO.

Inzichten

Uit het onderzoek blijkt dat ondernemers positieve ervaringen hebben met de erkenning van beroepskwalificaties. Veel relevante informatie - zoals informatie over de duur van de aanvraag, welke documenten er van hen gevraagd worden en bij welke bevoegde autoriteit zij moeten zijn - is in het Engels te vinden op overheidswebsites. Ondernemers die tijdens een aanvraag digitaal hun documenten kunnen aanleveren ervaren dat dit heel makkelijk en snel verloopt.

Er zijn echter ook enkele problemen op het gebied van taal en toegankelijkheid; beleid, wetgeving en proces; en Informatievoorziening. Zo is niet alle informatie die ondernemers nodig hebben in het Engels beschikbaar en Engels is sowieso voor veel ondernemers niet hun eerste taal. Erkenningsprocedures en aanvraag worden als moeilijk en complex ervaren door ondernemers. Tot slot, versnippering van informatie zorgt ervoor dat het voor de ondernemer niet duidelijk is wat de vereisten zijn voor hun specifieke beroep.

Oplossingsrichtingen

In samenwerking met de betrokken organisaties zijn een aantal oplossingsrichtingen en aanbevelingen opgesteld. Een voorbeeld is om de Engelstalige teksten op overheidswebsites op een lager taalniveau te schrijven. Engelstalige content zou op taalniveau A2 en B1 moeten worden geschreven, zodat niet-Nederlandstalige ondernemers de regels en het proces beter kunnen begrijpen. Om te voorkomen dat erkenningsprocedures onnodig complex worden ingericht of er te zware eisen worden gesteld, zouden de procedures door de ministeries en de bevoegde autoriteiten in gezamenlijkheid moeten worden opgesteld en ingericht. Tot slot zou het ondernemers helpen als we informatie meer personaliseren en visualiseren.